Mudde Photography

'Wel plek, maar geen wagen...'

De woonwagencultuur in Nederland is sinds 2014 aangemerkt als UNESCO immaterieel cultureel erfgoed. Een woonwagen is een essentieel onderdeel van de woonwagencultuur, toch werken veel gemeenten en woningcorporaties niet mee als het gaat om het realiseren van standplaatsen. Nederland zijn ongeveer 30.000 tot 60.000 woonwagenbewoners die verspreid over ruim 7.700 standplaatsen wonen. Een derde van deze standplaatsen is eigendom van gemeenten. De rest is in bezit van woningcorporaties. Tot 2018 mochten gemeenten een ‘uitsterfbeleid’ voeren. Het doel van dit uitsterfbeleid was letterlijk het in mindering brengen van het aantal woonwagenbewoners in Nederland. Overleed een woonwagenbewoner? Dan werd de wagen weggehaald en kwam er een parkeerplaats of betonblok terug voor in de plaats. Het gevolg hiervan: honderden kampen met lege plekken, en duizenden Roma, Sinti en woonwagenbewoners die tegen hun zin in een ‘normaal’ huis moeten wonen. Woonwagenbewoners hebben dus te maken met een overheid die wil dat hun cultuur uitsterft. Momenteel zijn er dus ongeveer 7.700 standplaatsen voor woonwagens in Nederland. Volgens het laatste onderzoek zijn dit er zo’n 2.000 te weinig. Dit tekort is in werkelijkheid groter. Het laatste onderzoek naar het tekort aan standplaatsen vond namelijk plaats in 1999. Tevens werden er na 1999 nog eens 3.000 standplaatsen gesloten, dit alles ten gevolge van het uitsterfbeleid wat jarenlang in Nederland gevoerd mocht worden. Op aandringen van het College voor de Rechten van de Mens en de nationale ombudsman gebood minister van Binnenlandse Zaken Kasja Ollongren gemeenten het staken van dit beleid.